Reglement selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie
Versie: 4 april 2023
Versie: 4 april 2023
Dit reglement ("reglement") is voor de eerste maal vastgesteld door de Raad van Toezicht ("raad van toezicht") van Stichting Internet Domeinregistratie Nederland ("stichting") op 28 maart 2011. Het reglement is door de raad van toezicht gewijzigd en als zodanig vastgesteld op grond van artikel 5.2 van het reglement houdende principes en best practices voor de raad van toezicht en op grond van artikel 27 van de statuten op 4 april 2023.
1.1 Onverminderd artikel 5.1 van het reglement van de raad van toezicht, adviseert de selectie- voordrachts-, en remuneratiecommissie de raad van toezicht omtrent haar taak en zal de besluitvorming van de raad van toezicht daaromtrent voorbereiden.
1.2 Tot de taak van de selectie- voordrachts-, en remuneratiecommissie behoort:
a) het doen van voorstellen aan de raad van toezicht met betrekking tot het opstellen van selectiecriteria en benoemingsprocedures inzake leden van de raad van toezicht en de directie;
b) de periodieke beoordeling van de samenstelling van de raad van toezicht en het doen van een voorstel voor een profielschets van de raad van toezicht en van de directie;
c) het doen van voorstellen aan de raad van toezicht met betrekking tot de periodieke beoordeling van het functioneren van individuele leden van de raad van toezicht en de directie en de rapportage hierover aan de raad van toezicht;
d) het doen van voorstellen voor (her)benoemingen;
e) het doen van voorstellen aan de raad van toezicht betreffende de honorering en verdere arbeidsvoorwaarden van de directie;
f) het doen van voorstellen voor de vergoeding van de voorzitter en de overige leden van de raad van toezicht.
2.1 De selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie zal uit ten minste twee leden bestaan.
2.2 Onverminderd het reglement van de raad van toezicht, zal geen van de leden van de selectie- voordrachts- en remuneratiecommissie afhankelijk zijn als bedoeld in artikel 3.5 van het reglement houdende principes en best practices voor de raad van toezicht.
De voorzitter van de raad van toezicht is tevens de voorzitter van de selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie. De voorzitter is eerstverantwoordelijke voor het naar behoren functioneren van de selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie. Hij treedt op als woordvoerder van de selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie en zal het belangrijkste aanspreekpunt voor de raad van toezicht zijn. In die gevallen waarin het werk van de selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie specifiek betrekking heeft op een van haar eigen leden, zal het betreffende lid niet aan deze werkzaamheden deelnemen. Indien de selectie-, en voordrachts- en remuneratiecommissie uit twee leden bestaat, zal de raad van toezicht een van de andere leden van de raad van toezicht aanwijzen die in dergelijke gevallen de selectie-, en voordrachts- en remuneratiecommissie zal aanvullen.
4.1 De selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie zal ten minste eenmaal in het jaar vergaderen. De vergaderingen zullen in de regel worden gehouden ten kantore van de stichting, maar mogen ook elders of via een elektronisch communicatiemiddel plaatsvinden.
4.2 Vergaderingen zullen worden bijeengeroepen door de voorzitter van de selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie. Voor zover praktisch uitvoerbaar zullen de aankondiging en de agenda van te bespreken onderwerpen zeven dagen voor aanvang van de vergadering aan de leden van de selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie worden verstrekt.
4.3 De notulen worden zo spoedig mogelijk aan de andere leden van selectie-, voordrachts- en remuneratiecommissie en de leden van de raad van toezicht gezonden.
De artikelen van het reglement houdende principes en best practices voor de raad van toezicht zijn voor (de leden van) deze commissie van overeenkomstige toepassing. In geval van strijdigheid prevaleren de bepalingen van dit reglement boven de bepalingen van het reglement houdende principes en best practices voor de raad van toezicht, doch niet voor zover daarbij strijd ontstaat met dwingend Nederlands recht of de statuten van de stichting. In dat geval prevaleren deze laatsten.